Quint Muziek
© Ron Schrijver
Home Waarom muziekonderwijs Schoolliedjes Producties Contact Galerie
Muziek maken bevordert integratie, stimuleert de intelligentie, verbetert het sociaal gedrag, bevordert de cognitieve prestaties en vermindert concentratieproblemen. Dat beweert professor H.G. Bastian na een zesjarig onderzoek waarbij, op verschillende scholen met en zonder muziekonderwijs, de cognitieve ontwikkeling bij de kinderen is bijgehouden. We hebben alweer een jaar of twaalf geleden in Berlijn met leerkrachten gesproken van de scholen die met dit onderzoek hebben meegedaan. Ook muzikanten van de academie van kunsten waren betrokken bij dit project. Alle betrokkenen waren erg enthousiast over de veranderingen die muzieklessen op scholen teweeg brachten. Het ging hen erom dat je met het werken aan muzikale facetten bepaalde zaken traint en zelfs bepaalde verbindingen in de hersenen ontwikkelt die het kind goed helpen en goed kan gebruiken bij zijn cognitieve ontwikkeling op allerlei gebieden. De manier waarop je de muzieklessen geeft, en het pedagogisch klimaat in de groep, is daarbij wel heel belangrijk. In de zoektocht naar wat muziek doet bij de ontwikkeling van het jonge brein zien we dat er al veel onderzoek naar gedaan is en dat daar toch hele opzienbarende dingen zijn uitgekomen. Bij alleen al het luisteren naar muziek zien we in de hersenen gebieden actief worden die te maken hebben met onze motoriek (bovenin frontale kwab) en vaak ook een gebied dat emotie beheerst (grensgebied pariëtale-frontale kwab). Dat geeft dan een prikkel om mee te bewegen en kan emoties oproepen (shivering). We noemen dit autonome response. Het communiceren van de verschillende gebieden op afstand gebeurt aan de hand van functionele circuits. Die functionele circuits hebben ook altijd een cognitieve functie. En hoe groter de afstand is die de circuits overbruggen des te complexer de cognitieve functie. U kunt zich voorstellen hoe blij we zijn met de mogelijkheid om deze circuits te kunnen trainen en te ontwikkelen. En dit gebeurt al bij het alleen maar luisteren naar muziek. Optimaal is het om muziek te beleven wanneer je er zelf aan meedoet. Het bespelen van een muziekinstrument, zingen of meezingen, ritme en notatie-oefeningen, dansen. Je hebt dan sowieso de auditieve input, de visuele actie en de motorische actie. Het komt van drie kanten binnen en dat is een enorme verrijking voor ons brein. We verwijzen hier graag naar een onderzoek uit 2003 door Gottfried Schlaug (Professor neurologie aan de universiteit in Boston) waarbij de winst van muziekbeleving bij de cognitieve ontwikkeling van kinderen is onderzocht. We weten inmiddels dat ons brein het opmerkelijke vermogen heeft om zich aan te passen als reactie op veranderingen in de omgeving. En dat doet het brein een leven lang. Maar de vorm en de plaats van de veranderingen kunnen leeftijdsafhankelijk zijn. Zo heeft Gottfried Schlaug vastgesteld dat bij kinderen die vanaf jongere leeftijd intensief muziek beoefenen de corpus callosum (vezelverbinding tussen de beide hersenhelften) in volume toeneemt. Vooral bij kinderen tot elf jaar, maar ook ouder tot een jaar of zeventien. Een gevolg is dat die hersenhelften in de ontwikkeling veel beter met elkaar gaan communiceren. De verschillende vergelijkbare gebieden in die hersenhelften hebben niet allemaal dezelfde functies. Een goede communicatie kan hier bijvoorbeeld veel winst opleveren in het vinden van de balans tussen gedrag en emotie of tussen het begrijpen en toepassen. Voor ieder kind een geweldig effect op ons brein, maar ook voor kinderen met bepaalde vormen van ontwikkelingshinder. Denk aan kinderen met dyslexie, autisme of kinderen die problemen hebben met beeldvorming of auditieve discriminatie. Ook is het effect bekeken van muziek spelen op een systeem dat frontaal (orbito-frontaal) verbindt met gebieden helemaal aan de achterkant (lange baanverbindingen – complexe cognitieve functie). Hier blijkt grote winst te behalen op het gebied van sociale cognitie. En dan hebben we het over empathie, maar ook over het kunnen inschatten van wat een ander bedoelt, bijvoorbeeld op een moment dat hij iets misschien net anders interpreteert dan dat jijzelf zou doen. Een extra belangrijke vaardigheid bij kinderen die wat sneller leren. Ook het volume in deze baansystemen bleken te zijn toegenomen. Bij kinderen vanaf zo’n elf jaar en vooral boven de 15 jaar zie je weer steeds meer een prachtige baanverbinding ontstaan tussen twee belangrijke taal gebieden. Het Taalgebied van Wernicke (taalbegrip) en het taalgebied van Broca (taalproductie). Het gebied van Wernicke ligt achter de corpus callosum en het gebied van Broca daarvoor. We hebben het ook hier dus ook over een lange baanverbinding, dus complexere cognitieve functie. Mooi om te weten, maar het is een topje van de ijsberg. Want als we alle ontwikkelingen van baanverbindingen en hersengebieden zouden gaan uitdiepen dan komen we te weten wat we uit ervaring ook al weten. Dat muziekbeleving ons goed helpt bij de ontwikkeling van vele executieve functies zoals het overzien van taken, het omgaan met prikkels (response inhibitie), het inschatten van situaties, het weten van je plek op kennisgebied (metacognitie), het goed gebruiken van het werkgeheugen, het samenwerken en, zeker niet onbelangrijk, het automatiseren. En laten we vooral niet vergeten dat samen muziek maken ook gewoon heel leuk is om te doen. We schreven al eerder dat de winst van muziekbeleving een leven lang duurt. En dat is niet alleen omdat de ontwikkeling een leven lang doorgaat maar ook omdat de behaalde resultaten levenslang winst opleveren. Natuurlijk is die winst het grootst als het muzieklesplan en het didactische klimaat is afgestemd op deze ontwikkeling. Vandaar dat wij op school graag diep, en met de verschillende deskundigen, nadenken over de invulling van ons muziekonderwijs. En dat wij er graag tijd, geld en energie in steken. Want, ons is wel duidelijk, goed muziekonderwijs biedt een geweldige verrijking voor het ontwikkelende brein! Ron Schrijver

Waarom investeren in goed muziekonderwijs?

Waarom muziekonderwijs